Beschrijving
ISBN/EAN: 9080046221
Auteur(s): Onbekend
Genre: Kunst en cultuur beeldend
Uitgave: paperback
Aantal bladzijden: 187
Uitgever: Stichting Het Nationale Park De Hoge Veluwe
1e Druk, Jaartal: 1990
Afmetingen: 300 x 222 x 18 mm
Gewicht: 908 g + 130 g (verpakking) = 1038 g
Loc: K-01-B-03-17
De Hoge Veluwe ons nationale park
Beschrijving:
‘De Hoge Veluwe’, ons Nationale Park, is het eerste complete boek over de fenomenale culturele nalatenschap van het echtpaar Kröller-Müller. Hun visie op het leven ligt bewaard in het landschap, uniek in Nederland, uniek in de wereld. Het bestaan zoals dat eens is bedoeld. En wie dat wil kan er binnengaan, alle seizoenen van het jaar. Hij ‘verzamelde’ woeste grond, kocht bossen, heidevelden en zandverstuivingen, tot hij meer dan 5500 hectare natuurterrein bezat. Een jager die wild importeerde, edelherten van de Balkan, moeflons uit Corsica. Zij collectioneerde kunst; gaf beeldhouwers opdrachten, kocht schilderijen op veilingen en rechtstreeks in ateliers. Haar wereldberoemde verzameling, ondergebracht in het Rijksmuseum Kröller-Müller te Otterlo, omvat alleen al 278 werken van Vincent van Gogh.
Architecten van naam, zoals Mies van der Rohe, Berlage en Van de Velde, traden bij het echtpaar in vaste dienst. Het Jachtslot St. Hubertus, waaraan Berlage zes jaar bouwde, behoort terecht tot een van onze fraaiste architectonische monumenten. Aan dit boek, waarin nooit eerder gepubliceerde gegevens, documenten en foto’s zijn opgenomen, werd medegewerkt door tientallen deskundige auteurs.
Er wordt niet alleen op boeiende wijze verteld over flora en fauna van Nederlands grootste natuurreservaat, over museum en beeldentuin, over historie en heden, de lezer leert bovenal de grondleggers kennen van dit ongelooflijk nationaal bezit. Kröller als koopman – eerste multinational zouden we thans zeggen – én als geheim diplomaat. En zijn echtgenote als de gedreven vrouw die leeft vanuit een visie, een droom, die zij zelf als volgt verwoordt: ‘Ik heb Mijnheer gezegd, dat ik een huis wilde bouwen en dat ik het zoo mooi, dat wil zeggen zoo goed en zoo eerlijk wilde maken als ik maar kon, en dat ik den grooten wensch had dat het eenmaal zoo zou blijven bestaan. Dan zou het over honderd jaar al zijn een interessant monument van kultuur, een groote les hoe ver aan innerlijke beschaving een koopmansgezin uit het begin der eeuw ‘t zou hebben gebracht. Het zou een museum zijn zoo natuurlijk en levend als het tot nog toe niet was vertoond. En voor een ieder zal ons huis openstaan’.